Wat helpt tegen hooikoorts

Hooikoorts is een allergische reactie van de slijmvliezen van neus en ogen op stuifmeel (pollen) van grassen, bomen en/of struiken.
Hooikoorts heeft weinig met hooi en meestal niets met koorts te maken.
Wat helpt tegen hooikoorts? De ZanitaZ Anti Allergie Probiotica. Het is een natuurlijk middel tegen hooikoorts en is een effectieve manier om de symptomen van hooikoorts te verminderen.
Gelukkig zijn er verschillende natuurlijke middelen die kunnen helpen om de symptomen van hooikoorts te verminderen. Wat helpt tegen hooikoorts? ZanitaZ Anti Allergie probiotica.
wat helpt tegen hooikoorts?

Dagelijks gebruik van de ZanitaZ Anti Allergie Roller zal helpen bij het verminderen van hooikoortssymptomen. Deze roller bevat probiotica die op een natuurlijke de allergische reacties verminderen.
ZanitaZ probiotica is een natuurlijk middel tegen hooikoorts en is een veilige en natuurlijke manier om de symptomen te bestrijden. Bovendien is het geruststellend om te weten dat de probiotica in de roller puur natuurlijk zijn en niet getest zijn op proefdieren.
Door gebruik van de ZanitaZ Anti Allergie Probiotica zullen de klachten sterk verminderen.
De goede ZanitaZ probiotische micro-organismen (probiotica) zijn dol op proteïnen (eiwitten) waar allergenen uit bestaan. Als door het gebruik van de ZanitaZ Anti Allergie Probiotica deze proteïnen door de probiotica worden geconsumeerd, dan maakt het lichaam geen antistoffen aan en een allergische reactie zal verminderen of zelfs uitblijven. De ZanitaZ Probiotica creëert eigenlijk een barrière waar de allergenen moeilijk langs kunnen.
De ZanitaZ Probiotica aanbrengen onder de neus. Door het inademen van de ZanitaZ probiotica wordt er een barrière gecreëerd tegen allergenen en virussen.
Luchtwegallergie is een verzamelnaam voor allergische aandoeningen aan de luchtwegen. Allergische reacties van je luchtwegen worden veroorzaakt door in de lucht zwevende deeltjes (inhalatieallergenen) in je omgeving.
De meest voorkomende luchtwegallergie is hooikoorts. Je bent dan gevoelig voor de eiwitten die voorkomen in of op pollen van grassen en sommige bomen of planten.
De allergische reactie vindt plaats in de bovenste luchtwegen (neus, keelholte). Dat gebeurd ook als je allergisch bent voor de vervellingshuidjes en uitwerpselen van de huisstofmijt (die komt vooral in je matras en beddengoed voor) of voor de huidschilfers of veren van huisdieren. Als de allergische reactie diep in de luchtwegen plaatsvindt, is er sprake van allergisch astma. Aanvallen van allergisch astma komen door dezelfde allergenen die de andere luchtwegallergieën veroorzaken. Vaak heb je last van meerdere luchtwegallergieën tegelijk.
De allergische reacties zorgen voor klachten zoals een loopneus of juist een verstopte neus, jeuk, kriebelende hoest, niesbuien, benauwdheid, tranende en jeukende ogen, hoofdpijn, vermoeidheid, slechte concentratie, en eventueel astma aanvallen of eczeem.
Alle ZanitaZ producten zijn puur natuur en niet getest op proefdieren.

Wat is probiotica
Volgens de definitie van de World Health Organization (WHO) zijn probiotica ‘bacteriën’ of micro-organismen die een positief effect hebben op de gezondheid.
Je huid microbioom , ook wel huidflora of microbiota genoemd, bestaat uit triljoenen bacteriën, schimmels en virussen die op het huidoppervlak en in de lichaamsopeningen leven.
Bij het woord ‘bacteriën’ denk je al gauw aan bewegende beestjes en infecties. Toch zijn niet alle bacterie soorten slecht! In een gezonde, goed functionerende microbioom zorgen goede bacteriën samen voor bescherming tegen en andere bedreigingen vanuit het milieu.
ZanitaZ probiotica ondersteunen de microbioom.
Probiotica zijn passanten: ze oefenen hun werking uit zolang ze worden gebruikt. Door de slijmvliezen te bezetten en ongewenste bewoners te verdringen, brengen ze de balans in de slijmvliezen tijdelijk terug waardoor de lichaamseigen bacteriën het zelf weer goed op kunnen pakken – mits er geen ondermijnende factoren zoals antibiotica meer aanwezig zijn – kan worden hersteld.

Oorzaken van allergie
Er zijn allergische aandoeningen met een sterk genetische component, zoals astma. Een groot aantal genen, waarvan de meeste betrokken zijn bij regulatie van het immuunsysteem, zijn geassocieerd met astma. De kans dat een kind in Nederland een allergische ziekte ontwikkelt bedraagt 15%. Maar wanneer moeder en vader, of moeder en een ouder kind uit het gezin een allergische ziekte hebben, is die kans 50-80%. Allergie en astma zijn echter niet alleen genetisch bepaalde aandoeningen; ook de omgeving speelt een belangrijke rol bij het ontstaan van deze ziekten. Eigenlijk zijn het schoolvoorbeelden van gen-omgevingsziekten. Er zijn ook epidemiologische aanwijzingen voor een rol van de omgeving bij het ontstaan van allergische ziekten die binnen de zogenaamde hygiënehypothese passen. Deze hypothese stelt dat door de toegenomen hygiëne het immuunsysteem onvoldoende microbiologische prikkels ontvangt en zich daardoor niet goed ontwikkelt.
Astma en andere allergische aandoeningen zijn ziekten van het immuunsysteem. Direct na de geboorte helt in het immuunsysteem van de baby de balans tussen Th1 en Th2 richting Th2. Dit wordt veroorzaakt doordat de Th1-cellen nog onder- ontwikkeld zijn. Het is niet goed bekend waarom dit zo is, maar het zou te maken kunnen hebben met het voorkomen van immunologische afstotingsverschijnselen tijdens de zwangerschap. Direct na de geboorte wordt het immuunsysteem van de baby blootgesteld aan allerlei (microbiologische) prikkels en dat leidt tot ontwikkeling van Th1-lymfocyten, en als gevolg daarvan tot een betere balans tussen Th1 en Th2. De afwijkingen van het immuunsysteem die worden gevonden bij allergische ziekten – verhoogde concentraties IgE antilichamen en toegenomen hoeveelheden eosinofiele granulocyten– zijn terug te voeren op een verhoogde productie van Th2-cytokinen. Blijkbaar is het immuunsysteem niet goed in staat om de balans te handhaven. Dit is ook in onderzoek bevestigd; bij patiënten met een allergische ziekte wordt een tekort aan regulatoire T-lymfocyten gevonden.
De sterke toename van het aantal mensen dat een allergie ontwikkelt gedurende de laatste decennia is in verband gebracht met sterke veranderingen in de omgeving. Er is krachtig bewijs uit epidemiologische studies dat de westerse leefwijze, zoals verminderde consumptie van gefermenteerd voedsel, toegenomen gebruik van antibiotica en andere medicatie en toegenomen hygiëne, bijdragen aan de toename van deze incidentie. Verder toont recent onderzoek aan dat leven op de boerderij en een antroposofische leefwijze kunnen beschermen tegen het ontwikkelen van een allergie. Kenmerkend hiervoor is het regelmatig vertoeven in stallen, maar ook de biologisch dynamische landbouw, gebruik van biologisch voedsel, beperkte toepassing van vaccinaties en antibiotica.